In de podcastserie ‘Verhalen van Veerkracht’ gaat Tearfund-directeur Minella van Bergeijk in gesprek met inspirerende christenen, die in al hun kwetsbaarheid vertellen hoe Corona hen raakt, maar ook hoe zij juist nu veerkracht vinden. De podcast vind je op Spotify, in je favoriete podcastapp of klik hieronder op play en beluister het gesprek.

Minella: ‘Hoe zitten jullie erbij?’

Rinke: ‘Ik zit op zolder, waar mijn man normaal gesproken werkt. Als journalist is bijna al mijn werk uitgevallen door de Coronacrisis. Veel dingen mogen niet of kunnen niet meer worden betaald. Het maakt de planning wel simpel: ik ben vaak beneden bij mijn twee kinderen van onder de twee jaar. Dat vele samenzijn als gezin ga ik nog missen als dit alles weer voorbij is. We zien verder niemand en dat is niets persoonlijks, het mag gewoon niet van Rutte. Het leven is overzichtelijk.’

Arie: ‘Ik zit op de plek waar ik bijna 365 dagen per jaar zit: in mijn studeerkamer. Wat dat betreft is het leven nauwelijks veranderd, behalve dat het hier heel stil is geworden. Er is wel veel digitaal verkeer, daar heb ik het zelfs druk mee gekregen. Mijn werk gaat gewoon door, maar dan vanuit huis. Zelf behoor ik tot de zeer kwetsbaren, maar ik beleef dat niet zo. Mijn kinderen en kleinkinderen maken zich ontzettend zorgen dat er iets met mij gebeurt.’

Bedreigd worden door ziekte is dagelijkse kost voor mij.

Minella: ‘Zelf ben je daar niet bang voor?’

Arie: ‘Nee, maar dat wil niet zeggen dat ik zo’n dappere man ben, hoor. Bedreigd worden door ziekte is dagelijkse kost voor mij. Ik heb al een paar keer kanker gehad, maar God laat me steeds leven. Nu heb ik uitgezaaide kanker. Er komt af en toe een verpleegster bij mij thuis voor injecties. Je kunt jezelf soms niet zwak voelen, terwijl anderen dat wel zo zien. Dat vind ik lastig. Mensen beoordelen je erop. ‘Dit zal hij vast niet kunnen.’ Sommige dingen kan ik inderdaad niet, maar een heleboel andere dingen kan ik wel.’

Minella: ‘Ben jij bang, Rinke?’

Rinke: ‘Corona-angsten heb ik niet echt, maar ik merk dat door de golf van angst die door het land heen slaat, andere angsten bij mij naar de oppervlakte worden geduwd. Ik blijk stiekem heel bang dat er iets met mijn kinderen gebeurt, of met mij, waardoor mijn kinderen geen moeder meer hebben. Alsof mijn eigen angsten, die eerst als een soort onderstroom onder water dreven, ineens lekker op een surfboardje meesurfen op de golf van emoties en angsten, die nu overal op het nieuws en social media te lezen en te voelen zijn.’

Minella: ‘Wat doe jij met die angsten?’

Rinke: ‘Ik moet opnieuw naar Jezus met de vraag: Waarom gebeurt er zoveel kwaad onder uw toezicht? Ik dacht dat Jezus en ik die vraag wel hadden uitgespeeld. Als journalist heb ik veel lijdensverhalen gehoord en beschreven, bijvoorbeeld van Syriërs in vluchtelingenkampen. Zulke verhalen maken me niet bang, omdat ze ver van mijn bed zijn. Maar als ik hoor dat een kindje dat kerngezond leek ineens doodziek blijkt te zijn, maakt dat me angstig voor wat ik zelf kan verliezen. Hoe kwam jij van die angsten af, Arie?’

Arie: ‘Al die dingen waar jij bang voor bent, heb ik al meegemaakt. Ik ben een kind verloren, ik heb kleinkinderen die het moeilijk hebben, ik ben ziek… Eigenlijk is mijn leven de laatste jaren een soort training geweest: Hoe ga je om met die dingen? Hoe zorg je ervoor dat ‘uitermate bezorgd zijn’ niet overgaat in een angst die verlamt?’

Ik beleef ellende door dingen die helemaal niet in mijn leven zijn, door er bang voor te zijn.

Rinke: ‘U bent bezorgd over dingen die er al zijn, zoals uw ziekte of kleinkinderen, maar ik heb angsten voor dingen die niet gebeuren of nog niet gebeurd zijn. Zoals de quote ‘I've lived through some terrible things in my life, some of which actually happened’ zo raak beschrijft. Ik beleef ellende door dingen die helemaal niet in mijn leven zijn, door er bang voor te zijn.’

Arie: ‘Mijn moeder was ook altijd bang. Ze had een tekst op de muur hangen: ‘Een mens lijdt dikwijls ’t meest door het lijden dat hij vreest, doch dat nooit op komt dagen. Zo heeft hij meer te dragen dan God te dragen geeft’.’

Rinke: ‘Ja, dat doe ik, dat doe ik!’

Arie: ‘Natuurlijk maak ik me nog steeds zorgen als ik weer naar het ziekenhuis moet voor een scan of uitslag. Of als ik Trump hoor zeggen dat hij het een geweldig resultaat vindt als het aantal doden in Amerika onder de 100.000 blijft. Dan ril ik. Ik heb dit in mijn leven nog nooit meegemaakt, dat er zoiets groots in alle delen van de wereld uitbreekt. Het helpt dat ik weet dat we een lijdende God hebben. Ik geloof dat lijden een onderdeel is van ons geloof. Wie achter Mij aan wil komen, zegt Jezus, neemt dagelijks zijn kruis op.’

Rinke: ‘Tegelijkertijd denk ik: wij zijn christenen, wij hebben het goede nieuws. Als je praat over een ‘lijdende God’, wat is dan nu ons goede nieuws?’

Arie: ‘We hebben geloof, hoop en liefde. Drie drijvende krachten. De blogs en meditaties die ik over het geloof schrijf, schrijf ik in feite voor mezelf. Ik heb de hoop en verwachting dat Gods koninkrijk zal komen. En ik voel de liefde van mijn familieleden die zich zorgen maken om mijn gezondheid en van de gemeente die om mij heen staat. Juist in deze tijd mis ik de kerk vreselijk. In de kerk kan ik huilen, mezelf vastklampen en omhoogtrekken aan liederen en woorden. Vaak troost ik mensen, maar veel vaker troosten mensen mij, bijvoorbeeld door een lied door te geven. Gelukkig gebeurt dat nu ook onder de blogs die ik post op Facebook.’

Minella: ‘Je geeft je eigen hart en kunt vervolgens getroost worden. Rinke, jij spreekt ook vaak vanuit je eigen kwetsbaarheid. Ik kan me nog herinneren dat je deelde over je zoontje Judah, die het downsyndroom bleek te hebben. Daardoor gaven veel mensen hun eigen kwetsbaarheid aan jou.’

Rinke: ‘Dat klopt. Toen ik zwanger bleek van een jongen, wist ik dat ik hem Judah wilde noemen, naar de leeuw van Juda. Dat krachtige beeld had ik een paar jaar eerder van God gekregen. Dus ik dacht: er wordt een leeuw geboren. En toen lag daar ineens een heel fragiel kindje met het downsyndroom op mijn borst. Ik kreeg die twee dingen niet bij elkaar. Totdat ik een heel diepe lach in mijn hart hoorde die alles settelde. Het was meteen vrede, alles was goed. Pas in deze crisis, twee jaar later, ontdekte ik dat Judah niet de leeuw is, maar degene van wie Jezus de leeuw is.’

Arie: ‘Weet je wanneer Jezus ‘de leeuw van Juda’ wordt genoemd? In Openbaringen 5.’

Rinke: ‘Vers 4! Die tekst staat op zijn geboortekaartje.’

Arie: ‘Jezus komt daar de hemel binnen om de boekrol te openen. Je zou denken dat Hij dat minstens met een grote brul doet. Maar weet je hoe hij Jezus daar wordt omschreven? Als een lam met een snee in zijn hals. ‘Als geslacht’, staat er in de oude vertalingen, maar Hij leeft. Jezus regeert gewond.’

Rinke: ‘Oh, dat wist ik niet, Arie… Dat is waar mijn zoontje veel meer op lijkt! Dit raakt me heel erg. Ik kan mezelf ook weer verbazen dat ik nooit de context heb gecheckt. Wat ik wel weet, is dat ‘Judah’ lofprijzing betekent. Judah houdt erg van dansen en muziek. Hoe harder we door de kamer springen, hoe blijer hij is. Ik ben zelf ook steeds meer een aanbidder geworden sinds de geboorte van Judah. Ik ben op dit moment gewoon zijn worshipvoertuig.’

Minella: ‘Wat hopen jullie voor de tijd die komen gaat?’

Rinke: ‘Iemand zei dat als er in deze tijd een opwekking komt, deze aan de eettafel gaat plaatsvinden. Wat totaal ergens op slaat, want Jezus redde ons aan de eettafel, met brood en wijn. Wat me raakt aan deze tijd, is dat we worden geforceerd om aan onze eigen eettafels te gaan zitten, maar ook om te zien wie er alleen aan de eettafel zitten. Ik hoop dat families in deze periode weer leren om een gezin te zijn. Dat we ontdekken dat je als gezin ook een familie kan zijn voor mensen met wie je niet biologisch verbonden bent. En ik hoop dat het ‘kerk zijn’ aan tafel straks weer overvloeit in het samenzijn op zondag.’

Arie: ‘Dit is een spannende tijd voor de kerk. Mijn hoop en verwachting is dat God Zijn kerk zal bewaren. In Openbaringen staat dat er telkens mensen zijn die het Lam volgen, waarheen Hij ook gaat. Ik hoop dat deze Coronacrisis krachten zal doen ontwikkelen, waardoor ook de kerk weer dichterbij God én mensen staat.’

Afbeelding
Kerk & Community

Kerk & Community

Kerken vormen het hart van ons werk. In binnen- en buitenland werken we met de kerk om verschil te maken, omdat we geloven in de kracht van de kerk.